Lamsrack zijn lamskoteletjes die nog aan elkaar zitten. Heerlijk mals vlees met die typische lamssmaak waarmee je wel binnen kunt komen als je familie of vrienden te eten hebt. Ik had het nog nooit eerder gemaakt en heb me er een beetje in verdiept. Vooral toen ik op één van mijn favoriete foodblogs las dat het eigenlijk helemaal niet zo moeilijk is, kreeg ik zin om het eens te gaan proberen. En inderdaad, het viel reuze mee!
Voor vier personen heb je aan één lamsrack genoeg. Er zitten namelijk acht koteletjes aan. Als er nog een dikke vetrand aan het vlees zit, is het verstandig om die weg te snijden. De bereiding gaat namelijk zo snel dat het vet niet de kans krijgt weg te smelten en dat komt de smaak van het vlees niet ten goede. Verder moet je met een scherp mesje de vleesrestjes en vliesjes van de botjes afschrapen, zodat de botjes mooi schoon zijn. Er zit ook een vlies aan de holle kant, als je dat lospeutert met een scherp mesje, kun je zo in één omhaal het vliesje verwijderen. Dan moet je het vlees kruiden. Ik heb het heel simpel gehouden, een mengsel van zout, peper en knoflook. Daarmee heb ik het vlees royaal ingesmeerd. De botjes pak je vervolgens in in aluminiumfolie, om verbranden te voorkomen. Leg hem afgedekt in aluminiumfolie klaar tot hij bereid gaat worden. Smelt daarvoor wat boter en olie in een koekenpan en braad de lamsrack even kort aan voor een mooie bruine kleur. Verwarm de oven voor op 200°C en zet de lamsrack na het aanbraden in een ovenschaal in het midden van de oven. Pas op voor overgaring, na 10 tot 12 minuten is hij al klaar. Ik heb die van mij er na 10 minuten uit gehaald, maar die hadden iets verder gemogen. Check de gaarheid en zet hem eventueel nog even terug als het nodig is. Laat hem na de oventijd even rusten onder folie.
vlies verwijderen
botjes inpakken
aanbraden
na de oventijd
Mooi pink
Pastinaak past perfect bij lamsvlees. Voor deze pastinaakpuree heb je nodig:
- een kilo pastinaak
- wat verse tijmblaadjes
- een eetlepel niet al te sterke mosterd
- 2 eetlepels crème fraîche
- 25 gram roomboter
- een beetje nootmuskaat
- peper en zout
Schrap de pastinaken schoon met een dunschiller, snijd ze in stukken en doe ze in een pan met ruim water en de tijmblaadjes. Breng dit aan de kook en kook ze beetgaar (15 à 20 minuten).
Als ze gaar zijn stamp je ze fijn met een stamper of beter nog: een pureeknijper. Roer dan de mosterd, crème fraîche en boter erdoor en breng op smaak met peper, zout en nootmuskaat. Je kunt dit eventueel van tevoren bereiden en opwarmen als je het nodig hebt.
Pastinaakpuree
En dan nog die heerlijke rode portsaus:
- 400 milliliter rode Ruby port
- 200 milliliter vleesfond
- 6 takjes tijm
- 4 theelepels zwarte peperkorrels
Doe de port in een steelpannetje en breng aan de kook. Kook het op hoog vuur tot de helft in en voeg dan de fond toe. Breng dit weer aan de kook en voeg dan de tijm en de peperkorrels toe. Laat dit zo’n 15 minuten pruttelen en inkoken, zodat de saus wat dikker wordt. Zeef de saus en doe het in een kommetje voor op tafel.
Het recept voor de geroosterde wortels is hier terug te vinden.
3 Opmerkingen
Voor dit recept zal ik enige moed moeten verzamelen. Ik ben niet zo handig in de keuken. Maar als zoonlief zich over de lamsrack wil ontfermen, dan zal ik me over de pastinaakpuree ontfermen.Nog nooit gemaakt! Daarna niet te overmoedig worden en er maar spinazie bij geven. 🙂
Voor dit recept zal ik enige moed moeten verzamelen. Ik ben niet zo handig in de keuken. Maar als zoonlief zich over de lamsrack wil ontfermen, dan wil ik de pastinaakpuree wel bereiden.Nog nooit gemaakt! Daarna niet te overmoedig worden en er maar spinazie bij geven. 🙂
Aan pastinaakpuree kun je je echt geen buil vallen hoor. Het is heel simpel. Het is eigenlijk gewoon een witte wortel. Ook de lamsrack valt erg mee. Gewoon een keer proberen, je kunt het!