Schil de aardappelen, was ze en laat ze goed uitlekken. Droog ze eventueel nog even na. Rasp de aardappelen met een fijne rasp. Doe ze in een vergiet en laat het vocht weglopen. Druk het laatste vocht er met een lepel uit. Schrap de wortelen en rasp ook die met een fijne rasp. Meng de geraspte aardappel goed met de wortel en de geraspte kaas.

Verhit de olie in een koekenpan met een antiaanbaklaag. De truc is om het bakproces onder controle te houden zodat het niet aanbrandt, maar wel goed gaart. Zet daarom het vuur halfhoog, liever iets te laag dan iets te hoog.

Schep het aardappelmengsel in de koekenpan, verdeel het goed over de bodem en druk het zorgvuldig aan met de achterkant van een lepel. Laat dit zo'n minuut of 12 rustig bakken. Pas de hoogte van het vuur aan als het te hard of te langzaam gaat. Zet daarna het vuur wat hoger om de onderlaag 'droog' te bakken. Dit zal niet langer dan 5 minuten nodig zijn.

Schuif dan de pannenkoek op een bord, leg daarop een ander bord en draai zo de rösti om. Laat het weer in de koekenpan glijden en laat hem op halfhoog vuur rustig aan de andere kant verder garen (nog zo'n 10 minuten).