Heerlijk mals vlees voor bij een rijsttafel of voor op brood.
Begin hiermee de avond voordat je het vlees wilt eten!
Leg het stuk buikspek op een snijplank met de vetkant naar boven. Als het vlees erg vochtig is, dep het dan even droog met wat stukjes keukenpapier. Snijd het vet in met een goed scherp mes. Ik doe dit meestal in een ruitpatroon van zo'n 2 bij 2 cm. Zorg dat je alleen de vetlaag insnijdt en niet het vlees.
Bestrooi de vetlaag met een flinke laag grof zeezout en zet de snijplank met het vlees onafgedekt minimaal een nacht in de koelkast. Het zout onttrekt het vocht aan het vet en hierdoor wordt het vlees tijdens het braden krokanter.
Haal het vlees een uur voordat je het in de oven zet uit de koelast en verwijder zoveel mogelijk van het zout. Meestal veeg ik het weg met stukjes keukenpapier. Dep het vlees ook goed droog met keukenpapier.
Meng alle kruiden met elkaar (ik heb bovenstaande verhoudingen gebruikt, maar geef hier vooral je eigen invulling aan). Wrijf het vlees in met het kruidenmengsel, zowel de vetkant als de vleeskant. Heb je een groter stuk vlees, maak dan wat meer van het kruidenmengsel. Laat het vlees even rustig op kamertemperatuur komen.
Verwarm intussen de oven voor op 180°C. Pak een braadslee en plaats daarin een rooster, zoiets als deze. Leg het vlees met de vetkant naar beneden op het rooster en schuif de braadslee een uur in de oven. Van het vet dat je opvangt in de braadslee, kun je een heerlijke jus maken, dus niet weggooien hoor!
Haal de braadslee na een uur uit de oven en draai het vlees voorzichtig om. Schuif hem terug in de oven en braad hem nog een uur.
Ik heb het buikspek geserveerd met volkoren rijst en atjar bietjes. Lekker hoor!