Verhit de olie in een braadpan en bak de ossenstaarten hierin even goed aan. Het vlees moet aan alle kanten bruin zijn. Is je pan hiervoor te klein, doe het dan in porties. 

Voeg de passata, het water, de suiker en zout en peper toe en breng het aan de kook, zet daarna het vuur laag. Doe het deksel op de pan en laat het zo rustig 2,5 uur stoven. 

Maak intussen de worstel schoon en snijd ze in plakjes. Pel en snijd de sjalotjes, snijd de champignons in kwarten en haal de tuinbonen af. Die laatste kun je buiten het seizoen heel goed uit pot of blik nemen. Laat ze in dat geval even uitlekken voordat je ze aan het gerecht toevoegt. 

Voeg na 2,5 uur de wortels toe en laat een half uur meepruttelen. Voeg na dat half uur de champignons en tuinbonen toe. Roer goed door en laat nog een half uurtje pruttelen. Bereid intussen de aardappelpuree. 

Snijd desgewenst voor serveren het vlees van de ossenstaarten en roer het door de groentestoof serveer de hele stukken ossenstaart en laat iedereen zelf het vlees eraf 'kluiven'. Serveer het gerecht met de aardappelpuree.